MTSS (shinsplints)

Mediaal tibiaal stress syndroom (MTSS) is een aandoening die pijn oplevert aan de binnenkant van de scheen. MTSS wordt meestal scheenbeenirritatie of shinsplint genoemd vanwege de plaats van de pijn op het scheenbeen.

MTSS is een van de meest voorkomende sportblessures. Het tast zowel de spier aan de binnenkant van de scheen als het bot waaraan die vastzit. Onze fysiotherapeuten kunnen u helpen om van MTSS te herstellen en u oefeningen en tactieken leren om nieuw letsel te voorkomen.

De meest voorkomende risicofactoren voor MTSS zijn onder andere:

• Afvlakking van de wreef van de voet bij staan (overpronatie)
• Een sporter zijn, die meedoet aan herhaald springen en/of rennen
• Vrouw zijn
• Buitensporig bewegingsbereik in de heup
• Kleine dijomvang bij mannen
• Hoge BMI (>20.2)

Wat zijn de symptomen bij MTSS

MTSS herken je aan een zeurende of stekende pijn in de schenen. Vaak doet de binnenrand van het scheenbeen zeer of heb je last van pijnlijke spieren aan de voorkant van het scheenbeen. Soms is aanraking pijnlijk. In het begin heb je alleen pijn na de benen belast te hebben, maar na verloop van tijd heb je steeds meer rust nodig om van de pijn af te komen. Uiteindelijk is de pijn continu aanwezig.

Hoe wordt de diagnose gesteld?

Om een goede diagnose te kunnen stellen wordt er door onze fysiotherapeut een lokaal en totaal lichamelijk onderzoek uitgevoerd.

Zo wordt de stand en de beweeglijkheid van de voeten beoordeeld en wordt er gevoeld naar spierspanning, triggerpoints en pijn in het onderbeen. Daarnaast kijkt de fysiotherapeut naar de stand van de knieën, het bekken en een eventueel beenlengteverschil.

Tot slot kan er een opname gemaakt worden van het lopen en hardlopen wat dan door de fysiotherapeut geanalyseerd wordt.
Indien nodig kan dit alles nog worden aangevuld met echografie om eventuele ontstekingen of beschadigingen in beeld te brengen.

Behandeling bij MTSS

Shockwave therapie in combinatie met massage en oefentherapie kan het herstel van MTSS/shin splints versnellen. Daarnaast is het belangrijk om samen te kijken welke risicofactoren aangepakt kunnen worden.